De uitvoering van de het VN-verdrag Handicap is een verantwoordelijkheid van de overheid. Daarom hebben acht ministeries een belangrijke rol in de uitvoering.
Funderend onderwijs
Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap werkt aan passend onderwijs voor ieder kind. Dit betekent dat er voor elke leerling een passende plek moet zijn in het onderwijs, met de benodigde ondersteuning. In het verlengde van passend onderwijs wordt toegewerkt naar inclusief onderwijs. Het streven is dat alle scholen in het funderend onderwijs in 2035 werken aan inclusief onderwijs, en dat een belangrijk deel van deze scholen in 2035 ook daadwerkelijk inclusief onderwijs biedt.
Inclusief onderwijs is onderwijs waarbij alle kinderen en jongeren naar een school dichtbij huis kunnen. Een school waar iedereen meetelt, meedoet en gelijkwaardig is en waar samen geleerd wordt. Bij inclusief onderwijs krijgen kinderen en jongeren met dezelfde talenten gelijke kansen. Het biedt alle kinderen en jongeren de kans om zich te ontwikkelen en met hun talent iets te betekenen voor onze samenleving. Door elkaar te ontmoeten op school leren kinderen met respect met elkaar om te gaan. Door samen op te groeien en te ontwikkelen, leren kinderen dat iedereen verschillend is. En dat ook te respecteren. Alle kinderen en jongeren krijgen de ondersteuning die zij nodig hebben. Voor de kinderen en jongeren die dat (tijdelijk) nodig hebben, blijft speciaal onderwijs beschikbaar.
In het Beleidskader ‘Met elkaar voor alle kinderen en jongeren’ staat welke definitie van inclusief onderwijs de overheid gebruikt. Ook vind je er een uitleg van hoe een inclusieve leeromgeving eruitziet en wat de belangrijkste kenmerken zijn van een inclusieve school. Met dit beleidskader kan landelijk, regionaal en lokaal beleid worden gemaakt of aangepast.
Inclusief onderwijs vraagt om aanpassing van wet- en regelgeving. De Beleidsregel Inclusieve leeromgeving geeft richting aan de voorbereiding hiervan. Door deel te nemen aan de beleidsregel kunnen scholen voor regulier en gespecialiseerd onderwijs intensiever samenwerken. Met de beleidsregel kunnen alle (of een deel van de) leerlingen van een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs of speciaal basisonderwijs volledig naar een reguliere school. De leerlingen krijgen extra ondersteuning uit het gespecialiseerd onderwijs. Zo kan bijvoorbeeld op een reguliere school vanuit het speciaal onderwijs een ondersteuningsklas ingericht worden.
Mbo
Het ministerie van OCW kijkt samen met andere partijen hoe zij mbo-studenten met een ondersteuningsvraag het beste kunnen begeleiden. Dit doen ze onder met de Verbeteragenda passend onderwijs (2020-2025). In dit plan staan vier actielijnen:
- De verbetering van de intake en aanmelding van studenten
- De daadwerkelijke ondersteuning van studenten
- De begeleiding naar en bij stage en de eerste stappen naar werk
- De samenwerking van het onderwijs en de partners in het sociaal domein, zoals gemeenten
In 2025 loopt de verbeteragenda af. In het najaar van 2025 besluit de minister van OCW wat voor vervolg deze aanpak krijgt.
Stagepact
Ook heeft het ministerie van OCW met andere organisaties, zoals de MBO Raad, VNO-NCW, FNV en AOb, de overeenkomst Stagepact mbo gesloten. Hierin staan afspraken om discriminatie tijdens stages te voorkomen en ervoor te zorgen dat studenten een eerlijke vergoeding krijgen. Ook zijn er handige hulpmiddelen gemaakt om bijvoorbeeld stagediscriminatie tegen te gaan, zoals een toolbox en een checklist voor scholen.
Wet school naar duurzaam werk
Daarnaast gaat in januari 2026 de wet van school naar duurzaam werk in. Het doel van de wet is om kansengelijkheid onder jongeren te vergroten door betere begeleiding mogelijk te maken bij de overgang van school naar werk en bij het behouden van werk. De doelgroep zijn vooral jongeren in een kwetsbare positie die moeite hebben om werk te vinden.
Hbo & wo
Studeren aan een hogeschool (hbo) of universiteit (wetenschappelijk onderwijs, kortweg wo) moet voor elke student die dat kan en wil, mogelijk zijn. Om dat te laten gebeuren, werken het ministerie van OCW, onderwijsinstellingen en studenten samen aan zaken voor studenten met een ondersteuningsvraag. Veel onderwijsinstellingen hebben inmiddels de intentieverklaring VN-verdrag Handicap ondertekend. Zij werken eraan om een school te zijn waar iedereen welkom is en het onderwijs voor iedereen toegankelijk is. Het Expertisecentrum Inclusief Onderwijs (ECIO) ondersteunt hen bij de implementatie van het Verdrag met de hulp van de werkgroep VN-verdrag, die wordt gesubsidieerd door het ministerie van OCW.
Kader studentenwelzijn
Vertegenwoordigers van de onderwijsinstellingen hebben samen met studenten het kader studentenwelzijn opgesteld. Dit kader geeft instellingen en studenten handvatten voor hoe ze ervoor kunnen zorgen dat de studieomgeving in 2030 inclusiever wordt. Belangrijke thema’s zijn bijvoorbeeld het bieden van passende ondersteuning en het creëren van ‘sense of belonging’.
Cultuur en media
Toegankelijkheid is een voorwaarde voor een inclusieve samenleving waarin iedereen volwaardig kan deelnemen aan cultuur en toegang heeft tot media, ongeacht fysieke, zintuiglijke of cognitieve beperkingen. Cultuur en media bieden mensen de ruimte om zich te ontwikkelen, zich uit te drukken, te informeren en verbonden te voelen met de samenleving. Toch zijn er nog altijd drempels en vraagt het inspanning, samenwerking en bewustwording in de sector om deze obstakels structureel aan te pakken. Juist daarom is het belangrijk dat de sector, ondersteund door het ministerie van OCW, blijft investeren in duurzame oplossingen en blijft leren van goede voorbeelden.
Onder andere door:
- Culturele organisaties die subsidie ontvangen van het Rijk of de Rijkscultuurfondsen te vragen de code diversiteit en inclusie te onderschrijven;
- De ontwikkeling van een Kennispunt Toegankelijke Cultuur;
- Het onderzoeken en monitoren van cultuurdeelname van mensen met een beperking;
- Het onderzoeken of een financiële regeling opgezet kan worden die het mogelijk maakt om toegankelijkheid binnen de cultuur -en mediasector te vergroten;
- De bevordering van ondertiteling, audiodescriptie en de inzet van gebarentolken;
- Het toegankelijk maken van e-boeken en audiovisuele mediadiensten;
- De bevordering van de representatie van mensen met een beperking in de media.
Digitale toegankelijkheid
Het ministerie van BZK houdt zich onder andere bezig met digitale toegankelijkheid. Het ministerie van BZK wil er voor zorgen dat alle apps en websites van de overheid goed te gebruiken zijn. Ook heeft het ministerie van BZK de kennisbank DigiToegankelijk opgezet. Hier vind je antwoorden op veelgestelde vragen en praktische tips over digitale toegankelijkheid.
Nieuwe bouwregels
Voor nieuwbouwwoningen en -gebouwen gelden minimumeisen op het gebied van toegankelijkheid. Deze eisen staan in het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl). De afgelopen jaren zijn de toegankelijkheidseisen in het Bbl stap voor stap aangevuld. Een overzicht van deze eisen vind je in het infoblad Toegankelijk bouwen.
Vanaf 1 januari 2026 komt er een nieuwe aanpassing in het Bbl. Deze gaat over lagere drempels (maximaal 2 cm) bij:
- de toegang naar het balkon;
- de tuin;
- de hoofdtoegang van de woning;
- en de toegang tot de buitenberging bij nieuwbouwwoningen.
Zo kunnen ook mensen in een rolstoel zelfstandig gebruik maken van deze ruimten. Deze eis geldt al vanaf 1 juli 2025 voor drempels bij de hoofdtoegang en de toegang tot de buitenberging bij nieuwbouw.
Binnen de bouwsector was er behoefte aan duidelijkheid en standaardisatie van alle bestaande richtlijnen, handreikingen en leidraden over toegankelijkheid. Daarom besloot het ministerie van BZK/VRO een subsidie te geven aan Stichting NEN. Stichting NEN ontwikkelt daarmee, aanvullend op de eisen uit het Bbl, een vrijwillige en duidelijke norm voor toegankelijk bouwen.
Betaalbare woningen
Het programma Een thuis voor iedereen wil ervoor zorgen dat er voldoende betaalbare woningen zijn voor verschillende groepen mensen, waaronder mensen met een beperking. Het programma kijkt hierbij naar een gelijke verdeling over de gemeenten. Regio’s en gemeenten brengen in kaart wat mensen nodig hebben aan woonruimte, zorg, ondersteuning, begeleiding en welzijn. Dat doen ze door woonzorgvisies op te stellen. Op basis van deze visies maken de gemeenten afspraken met verhuurders, huurderorganisaties, zorgaanbieders en andere betrokken partijen.
Toegankelijke verkiezingen
Het ministerie van BZK wil zorgen voor toegankelijke verkiezingen, zodat iedereen die dat mag, kan stemmen. Hiervoor heeft het ministerie van BZK samen met de Kiesraad, de VNG en de NVVB het Actieplan toegankelijk stemmen opgesteld (Actieplan toegankelijk stemmen moet meer stemmen, makkelijker mogelijk maken | Nieuwsbericht | Rijksoverheid.nl). Het Actieplan is samen met belangenorganisaties en ervaringsdeskundigen gemaakt. De acties in dit plan gaan over toegankelijke informatie over verkiezingen, toegankelijke stemlokalen, toegankelijk stemmen en toegankelijke informatie en bijeenkomsten van politieke partijen. Het actieplan loopt van 2025 tot en met 2029.
Begrijpelijke overheidscommunicatie
Het ministerie van BZK houdt zich bezig met begrijpelijke overheidscommunicatie in de dienstverlening aan burgers en ondernemers. Door BZK is een netwerk voor begrijpelijke overheidscommunicatie ingericht dat werkt aan duidelijke en begrijpelijke overheidscommunicatie. Dit is het Netwerk Direct Duidelijk bij Gebruiker Centraal. In dit netwerk worden hulpmiddelen ontwikkeld en kennis en ervaring over begrijpelijke taal gedeeld. Daarnaast ondersteunt BZK gemeenten met het VNG-project Duidelijke Overheidscommunicatie met begrijpelijk communiceren, bijvoorbeeld met voorbeelddocumenten.
Onbeperkt in de politiek
Ook mensen met een beperking moeten actief kunnen zijn in de (lokale) politiek. Toch is het nog niet altijd zo dat mensen met een beperking meedoen in bijvoorbeeld de gemeenteraad. Sterker nog: mensen met een beperking zijn nog te weinig zichtbaar in de politiek. Niet genoeg informatie en voorbeelden spelen daarbij een rol. Het Diversiteitsplein brengt een verandering in het laten zien van voorbeelden van mensen met een beperking in de politiek. Dit platform biedt uitgebreide informatie over vergoedingen en voorzieningen. Er blijkt vaak meer mogelijk dan op het eerste gezicht verwacht.
Op het Diversiteitsplein kunnen deelnemers ook inspiratie opdoen en met elkaar in gesprek gaan om tips, suggesties en ervaringen uit te wisselen. Het Diversiteitsplein is vooral voor mensen die de politiek in willen of al politiek actief zijn, maar kan ook voor anderen handig zijn. Denk aan politieke partijen, ondersteuners of griffiers.
Werk en bestaanszekerheid
Het ministerie van SZW werkt aan werk en bestaanszekerheid voor iedereen. In een samenleving waarin iedereen de kans krijgt om mee te doen en zich te ontwikkelen. Zo neemt SZW belemmeringen op de arbeidsmarkt weg zodat mensen met een beperking beter kunnen meedoen. Daarbij richt het ministerie zich onder andere op preventie, eenvoudig van baan kunnen veranderen, ondersteuning naar werk, de banenafspraak en inkomensondersteuning. Ook werkt SZW aan het verbeteren van wet- en regelgeving.
Toegankelijk openbaar vervoer
Het ministerie van IenW werkt eraan dat het vervoer toegankelijk is voor iedereen. Dat betekent dat iedereen gebruik moet kunnen maken van de trein, de bus, de tram, de metro, het vliegtuig, de boot en alle wegen. Het openbaar vervoer moet in 2040 volledig toegankelijk zijn. Het ministerie van IenW heeft al veel gedaan om dit te bereiken en gaat nog meer stappen zetten. Dat doet het ministerie van IenW onder andere met het Bestuursakkoord Toegankelijkheid Openbaar Vervoer 2022-2032. In dit document staan allerlei afspraken, zoals het toegankelijk maken van treinstations en treinen, zorgen dat haltes voor bus, tram en metro goed te bereiken zijn, toiletten op stations en in treinen toegankelijk maken, en zorgen dat reisassistentie (eind 2025 beschikbaar op alle treinstations) en reisinformatie in orde zijn.
Toegankelijke luchthavens
Ook wil het ministerie van IenW ervoor zorgen dat iedereen makkelijk met het vliegtuig kan reizen. Zo is er al verschillende Europese regelgeving op dit gebied. En werkt het ministerie van IenW met de Europese Unie aan een standaard die ervoor zorgt dat reizigers met beperkte mobiliteit goed over de wereld kunnen reizen. Dit omvat ook het toelaten van assistentiehonden. Op nationaal niveau wil het ministerie van IenW dat Schiphol en de andere luchthavens goed toegankelijk zijn.
Uitvoering VN-verdrag Handicap
Het ministerie van VWS is ervoor verantwoordelijk dat het VN-verdrag Handicap wordt uitgevoerd. Andere ministeries, gemeenten, maatschappelijke organisaties en bedrijven hebben daar samen met het ministerie van VWS een belangrijke rol in. Een goed voorbeeld is het opstellen van de nationale strategie en de aanzet tot de werkagenda. Ook coördineert VWS de invoering van de Europese Toegankelijkheidsrichtlijn en de ratificatie van het facultatief protocol bij het VN-verdrag Handicap.
Toegankelijke zorg
Het ministerie van VWS werkt aan toegankelijke en kwalitatief goede zorg en ondersteuning, onder andere door ervoor te zorgen dat mensen makkelijker hulpmiddelen kunnen krijgen. In de afgelopen jaren is een Verhuisconvenant ondertekend. Hierin staan afspraken tussen gemeenten onderling en tussen gemeenten en zorgkantoren over de overname van hulpmiddelen bij verhuizing. Het Convenant maatwerkprocedure bestaat uit stappen voor de uitvoering, zodat aanbieders sneller en beter een passend hulpmiddel kunnen verstrekken. De handreiking Vereenvoudigen terugkerende beschikking geeft adviezen aan gemeenten om beschikkingen voor hulpmiddelen af te geven zonder einddatum.
Mantelzorgagenda
De Mantelzorgagenda 2023-2026 heeft drie actielijnen;
- De erkende positie van de mantelzorger. Hierin staat beschreven welke acties nodig zijn om de interactie tussen mantelzorger, regelgeving en instanties makkelijker te maken. Deze actielijn wil ervoor zorgen dat mantelzorgers gezien, gehoord en erkend worden.
- Gelijkwaardige samenwerking tussen mantelzorger en formele zorg.
- Onderzoek naar wat mensen nodig hebben als ze zorgen voor iemand met een levenslange en levensbrede ondersteuningsbehoefte.
Hervormingsagenda Jeugd
In juni 2023 is de Hervormingsagenda Jeugd 2023-2028 definitief vastgesteld en ondertekend. Hierin staan de volgende, belangrijke afspraken die moeten bijdragen aan verbetering van zorg en ondersteuning van jeugdigen:
- Specifieke aandacht voor jeugdigen met een levenslange en levensbrede beperking;
- Meer kennis en expertise van medewerkers van stevige lokale teams, toegangsmedewerkers en de overige verwijzers naar jeugdhulp over de doelgroep en hun specifieke behoeften;
- Meer regie van de jeugdige en het gezin en de samenwerking tussen professionals, de jeugdige en het gezin. Onderdeel van deze regie is de keuzevrijheid in zorgverleners en financieringsvorm (zorg in natura en persoonsgebonden budget);
- Het mogelijk maken van meer passende beschikkingen (duur, aard en omvang);
- Het realiseren en implementeren van een toekomstgericht perspectiefplan dat meegroeit met de jeugdige en het gezin;
- Het realiseren en daadwerkelijk beschikbaar maken van logeeropvang en respijtzorg. VWS en VNG zijn met de cliëntorganisaties in gesprek over hoe ze deze beweging bij gemeenten het best kunnen faciliteren.
Toekomstagenda zorg en ondersteuning
Vanuit de Toekomstagenda zorg en ondersteuning voor mensen met een beperking werken we samen met diverse organisaties aan een toekomstbestendige gehandicaptenzorg. De Toekomstagenda bestaat uit zes thema’s:
- Complexe zorg
- Mensen met een licht verstandelijke beperking (LVB)
- Cliëntondersteuning
- Technologie & innovatie
- Vakmanschap & arbeidsmarkt
- Levenslang en levensbreed Wmo
Eén tegen eenzaamheid
Elk mens wil graag ergens bij horen en van betekenis zijn. Maar veel mensen voelen zich eenzaam, van jong tot oud. Van de mensen met een beperking voelt zes op de tien zich eenzaam. Eén tegen eenzaamheid is de aanpak van het ministerie van VWS om eenzaamheid in Nederland te voorkomen en verminderen. Om dit te bereiken bundelen maatschappelijke organisaties, gemeenten, bedrijven, ondernemers en de Rijksoverheid hun krachten in landelijke en lokale samenwerkingsverbanden. Hierbij richten ze zich op drie doelen:
- Mensen kijken meer naar elkaar om. Ze komen in actie als ze zich eenzaam voelen of eenzaamheid bij een ander herkennen.
- In de hele samenleving, in alle sectoren, zetten gemeenten, organisaties, maatschappelijke initiatieven, kennisinstellingen en bedrijven zich duurzaam in voor het versterken van de sociale verbinding met specifieke aandacht voor eenzaamheid.
- Er is meer kennis over eenzaamheid en deze kennis wordt toegepast in de praktijk.
Verschillende organisaties die zich inzetten voor mensen met een beperking maken deel uit van de Nationale Coalitie tegen Eenzaamheid.
Daarnaast is er de Nationale Wetenschapsagenda om meer kennis te verzamelen over wat helpt om eenzaamheid te verminderen, vooral bij mensen met een lichte verstandelijke beperking en mantelzorgers.
Toegankelijk sporten en bewegen
Mensen met een beperking moeten vaak ver reizen om te gaan sporten. Voor een deel van deze mensen is het openbaar vervoer geen mogelijkheid. Special Heroes regelt, met financiering vanuit het ministerie van VWS, sportvervoer voor sporters met een ernstige (lichamelijke) beperking: de sportvervoersvoorziening. Hierbij regelt vervoersbedrijf Qarin het vervoer en ontvangt de sporter een kilometervergoeding. De sporter krijgt per jaar een kilometerbudget op basis van vastgestelde criteria.
Sporthulpmiddelen worden niet altijd vergoed. Wanneer dit het geval is, kunnen mensen contact opnemen met Uniek Sporten. Deze organisatie kijkt op basis van bepaalde criteria of mensen in aanmerking komen voor een sporthulpmiddel en regelen dit dan vervolgens. Uniek Sporten geeft cliënten ook sportadvies en helpt met bezwaar indienen bij gemeenten of zorgverzekeraars.
Het ministerie van VWS werkt aan het verbeteren van wet- en regelgeving. In de subsidieregeling Stimulering bouw en onderhoud sportaccommodaties is opgenomen dat aanvullende subsidie voor toegankelijkheid beschikbaar is.
Buitenspelen
Naast sporten is het van belang dat kinderen kunnen buitenspelen. Het ministerie van VWS ondertekende daarom samen met andere partijen in 2019 het SamenSpeelAkkoord. Vanaf 2020 vallen deze activiteiten onder het SamenSpeelNetwerk, de landelijke community voor kennisdeling en kennisontwikkeling over samen spelen. Het ministerie van VWS wil zoveel mogelijk kennis verzamelen en delen, en wil nieuwe ambassadeurs (beloftemakers) vinden. Om zo een positieve verandering te brengen. Met het Samenspeelfonds werkt het ministerie van VWS mee aan een inclusieve speeltuin in iedere gemeente in Nederland.
